De laatste ochtend op Islay en het weer is prachtig. We gaan koffie dringen bij Tim en Margaret aan de overkant. ± 8:30 heb ik alles ingepakt, vastgebonden of klaargelegd. Ad is iets langer bezig, hij heeft de tent op zijn motor en die kan hij pas vastbinden als ik de tent ingepakt heb.
De tent is mijn taak. Samen een tent op- c.q. afbreken is niet zo goed voor onze relatie. Ik vind het leuk om een tent op te zetten en Ad vind het vreselijk. Combineer je dit met een zwerm bloeddorstige mitsies dan hebben wij zo ruzie….. dus: ik doe het alleen. Het kleine tentje opzetten is een fluitje van een cent. Een keer terwijl was ik lekker bezig, zag ik een vrouw in de auto ontzettend boos naar me zat te kijken. Ik heb haar niet gevraagd waarom. In mijn verbeelding zou het maar zo kunnen zijn dat zij het aan haar man overlaat omdat het ‘mannenwerk’ is. Tja, dan komt het niet goed uit als een andere vrouw wel de tent opzet….. wie weet heb ik dat helemaal niet goed gezien, haha.
Bij Tim en Margaret staat nog een rode BMW motor voor de deur. Zijn bestuurder gaat ook weg, met de boot vanaf Port Ellen. Ad was er nog stellig van overtuigd dat wij in Port Askaig moesten zijn. Even de dienstregeling van Calmac gecontroleerd…… oeps, ook wij moeten naar Port Ellen. Gladjes rijden we ernaar toe. Onderweg geniet ik van de uitzichten over de peatvelden. De weg langs het vliegveld van Islay is kaarsrecht en het lijkt net of we in een Amerikaanse film rijden. Voor de overtocht naar Kennacraig had Ad telefonisch gereserveerd. Aangemeld bij de ticketoffice en daar is alles in orde. Alleen, de man van Calmac die de rij controleert wil een kaartje hebben! Ad weer terug naar binnen voor een kaartje, tot grote ergernis van de medewerkster achter het loket en zo gaat Ad van het kastje naar de muur. Door dit getouwtrek gaat Ad de laatste aan boord.
Vanaf Kennacraig waar het ook prachtig weer is (ja na drie dagen regen aan een stuk waardeer je dat nog meer) rijden we heerlijk relaxed naar Claonaig. Een verlaten en onbemande terminal aan de Sound of Bute.
Een simpele veerboot naar Lochranza op Arran. We blijven bij de motor. Geen koffie…. Op Arran gaan we lekker makkelijk naar de camping bij Lamlash. Daar waren we eerder in 2014 en toen beviel het goed. Langs de A841 rijden we naar Lamlash. Tot mijn grote schrik is een flink stuk net met vers gravel bedekt. Onze snelheid (vooral de mijne) zakt naar 20 km/uur. Ik verlies Ad af en toe uit het oog maar dat is niet erg, de weg gaat maar één kant op en we zijn hier eerder geweest.